top of page

Leo Noordermeer

Erelid Leo Noordermeer spekte al slijpend de kas

 

Hij maakte mee hoe ‘zijn’ IJsclub Nooitgedacht van een klein cluppie uitgroeide tot de grootste en meest professionele natuur-schaatsbaan van Voorne-Putten. In zijn dertig jaar als secretaris van Nooitgedacht’ spekte Leo Noordermeer vooral ook de verenigingskas met het slijpen van ontelbare schaatsen. Hij was befaamd om zijn vakwerk. ‘Ze kwamen van heinde en verre naar ons toe, dat leverde de vereniging veel geld op.’ Al die inzet leverde hem bij zijn afscheid de titel ‘erelid’ op en een schat aan herinneringen.

Terugblikkend stelt hij vast: ‘We hebben er ontzettend veel uren in gestoken, mijn vrouw Ria ook. Als het vroor was je elke dag in touw en vaak niet voor elf uur thuis. Maar het was een geweldige tijd.’

Leo was een van de jonge nieuwkomers die eind jaren 70 werden ingelijfd om de ingedutte  ijsclub nieuw leven in te blazen. ‘Ik werd gelijk met Dirk-Jan Peereboom gevraagd. Die werd meteen voorzitter en ik secretaris. Er was geen rooie cent in kas. Er was een doosje met 25 gulden en een doosje met renteloze aandelen waarvan er elk jaar tijdens de ledenvergadering één werd uitgeloot. We zaten in een oude, tochtige keet aan de Molendijk. Als daar de patatoven  werd opgestart vlogen de vlammen om je oren. In die tijd sleep Klaas Verloop schaatsen, wat ik heb overgenomen.’

​

Nadat Klaas ermee stopte sleep Leo aan de lopende band schaatsen. ‘Als er geschaatst werd hadden we altijd  muziek op de baan. Die installatie ging elke avond mee naar huis en werd ‘s middags als de baan open ging weer geïnstalleerd.’ Dat deed Leo dan tijdens zijn lunchpauze voordat hij weer naar zijn werk ging. Dan konden Bram Looy en Ria de kantine draaien.

‘Je wilt niet weten hoeveel uren we erin hebben gestopt. Ria en dochter Jolanda schreven alle lidmaatschapskaarten toen nog met de hand, zodat de contributie weer door de bestuursleden aan de deur bij de leden opgehaald kon worden.

Toen de situatie in dat houten krot onhoudbaar werd, moest er vervanging komen. Voor een koopje,  uiteraard. ‘Via via hoorden we dat de oude kantine van vv Vlotbrug vrijkwam, die konden we voor een vriendenprijs overnemen. Op een zaterdag zijn we met een aantal leden met tractoren en karren naar Hellevoetsluis gereden, daar de oude kantine afgebroken en vervoerd naar Oudenhoorn. Het was een heel lange dag, want alles moest daarna met de nodige vrijwilligers weer opgebouwd worden.

 

Als gevolg van de  ruilverkaveling werd Nooitgedacht gedwongen te verhuizen. Leo daarover: ‘Dirk-Jan en ik hebben ons hard gemaakt om een nieuw stuk land te krijgen. We hebben onze schoenen versleten met de bezoeken aan mensen van de ruilverkaveling, de gemeente en de eigenaar van het terrein dat we op het oog hadden. Na de nodige  vergaderingen waren we het er over eens waar de nieuwe baan moest komen. In deze onderhandelingen zijn we met de ruilverkaveling overeengekomen dat zij een 400 meter baan zouden aanleggen. Na heel stevig onderhandelen kregen we ook een mooie vergoeding voor de oude kantine en een betaalbaar huurcontract voor de nieuwe plek aan de Molendijk. In de periode dat het vroor en er nog geen baan en kantine was, zorgden we voor een tent langs de Watering aan de Molendijk, waar toch nog koek en zopie te verkrijgen was zodat we toch nog wat inkomsten hadden en er in Oudenhoorn toch geschaatst kon worden.’

In die periode haalde Leo de slijpmachine naar zijn garage waar hij de schaatsen sleep en regelmatig met fiets heen en weer reed om de geslepen schaatsen af te leveren en de volgende lading schaatsen weer mee te nemen om te slijpen.

 

Nieuwe kantine

In 1986 werd de nieuwe kantine geplaatst, waar eerst weer een tekening voor gemaakt moest worden en een bouwvergunning aangevraagd.’ Dat nam Leo voor zijn rekening.  ‘Toen dat allemaal gerealiseerd was kon kantine geplaatst worden en de nieuwe ijsbaan geopend worden. Wat een hele verbetering was ten opzichte van de oude baan. De kantine werd prefab geleverd en geplaatst en door een aantal vrijwilligers onder begeleiding van mij afgewerkt. Daarna moest er nog een betonen vloer in. Op de ochtend dat de betonwagen voorreed, stond ik daar alleen. Alle helpers hadden het laten afweten en daar stond ik dus met die enorme slang van de betonpomp waar op een gegeven moment negen kub beton uitspoot, wat dus nog uitgespreid en verdicht moest worden.  Gelukkig kwam er toch nog hulp en kwam het goed.’

Toen de betonvloer lag en de kantine klaar was moesten er voor bescherming van de schaatsen nog rubber matten op de vloer, ook daar wist Leo via een oude schoolvriend aan te komen.

Naast een twee meter diep ingegraven plastic scherm om de baan moest er ook een compleet nieuwe lichtinstallatie komen. Via connecties van Leo kreeg het ijsclubbestuur de beschikking over elders afgekeurde lichtmasten waar nieuwe lampen aan werden bevestigd.

‘Als team vrijwilligers hebben we alles zelf gedaan, van het afwerken van de kantine, graven van sleuven voor de elektra, het opzetten van de masten en het ingraven van de septic tank  tot het organiseren van wedstrijden op onze 400 meter baan. Daar kwamen zelfs gerenommeerde schaatsers op af.’

Nooitgedacht was van een klein cluppie een florerende vereniging geworden.

 

Leo is onder de indruk van het enthousiasme en de daadkracht van het huidige jonge bestuur van de fraai gerenoveerde ijsclub. ‘Nu moet het alleen nog gaan vriezen.’

Dan denkt hij nog even terug aan de vriesperiodes van toen. ‘Als ’s avonds na het slijpen van de nodige schaatsen de scheuren in het ijs opgevuld waren, gingen we als ijsklompjes naar huis. Dat moest echt niet langer dan drie weken duren, dan waren we kapot.’  

 

Het was een mooie tijd waar Leo met plezier op terug  kijkt.

 

bottom of page